‘Over gevoelens werd nooit gepraat in mijn familie. Allebei mijn ouders hadden een moeilijke, traumatische jeugd, maar over angsten, onzekerheden en psychische problemen werd met geen woord gerept. Emoties waren er wel bij ons thuis, in alle hevigheid zelfs. Er was intense liefde en intense woede. Er werd hard gelachen en hard gehuild. Alle subtielere emoties die er vast ook waren, zoals schaamte, verveling en somberheid werden op een andere manier geuit, meestal als boosheid.’
Aan het woord is de wereldberoemde Amerikaanse hoogleraar Brené Brown.
In haar nieuwe boek Atlas of the heart neemt ze de lezer mee langs 87 emoties en ervaringen en wat die teweegbrengen. Ze signaleerde namelijk dat veel mensen net als zijzelf niet hebben geleerd om hun emoties te onderzoeken en er woorden aan te geven. ‘Toen ik voor een onderzoek aan mensen vroeg welke emoties ze konden herkennen op het moment dat ze die emoties zelf ervoeren, waren dat er slechts drie: blij, verdrietig en boos,’ vertelt ze aan de telefoon. ‘Maar achter deze emoties zit een hele wereld aan subtielere gevoelens. Achter verdriet kan bijvoorbeeld teleurstelling, rouw of gemis zitten. En ben je boos of meer geïrriteerd, gefrustreerd, razend of woedend?’ Ons gevoelsleven is heel complex en rijk. Dat we niet leren daar in nuances over te praten, is eigenlijk absurd, vindt Brown. ‘Het heeft grote gevolgen waarbij we te weinig stilstaan: als je niet kunt verwoorden wat je precies voelt of ervaart, begrijp je jezelf niet goed. En dan kun je ook geen echte verbinding maken met anderen.’ Onze verbinding met elkaar kan volgens Brown namelijk nooit groter of dieper zijn dan de verbinding die we voelen met onszelf. Want als je niet weet wie je bent en wat je nodig hebt, wenst of gelooft, dan kun je dat ook niet met een ander delen. Je emotionele vocabulaire vergroten brengt je dus niet alleen dichter jezelf, maar óók bij anderen.
Rationele wereld
Om goed te kunnen begrijpen wat de gevolgen zijn van het niet kunnen verwoorden van je gevoelens, heeft Brown een analogie bedacht. ‘Stel, je gaat naar de dokter met hevige pijn in je schouder waardoor je niks meer kunt. De dokter vraagt waar het precies pijn doet, maar je mond zit dichtgeplakt met tape en je handen zijn op je rug vastgebonden. Je kunt de pijnlijke plek niet aanwijzen en niet benoemen. Ik kan me goed voorstellen dat je daar wanhopig van wordt. Voor emoties geldt hetzelfde: als je geen woorden kunt geven aan de storm van gevoelens die door je heen raast, voel je je machteloos. Misschien ga je geloven dat je de enige bent als er geen woord is voor wat jij ervaart, waardoor je je alleen en geïsoleerd voelt.’ Totdat er taal is voor dat gevoel. Dát is wat ik voel. Ik ben eenzaam in mijn relatie. Of: Ik heb heimwee naar het land waar ik ben opgegroeid. Opeens valt alles op zijn plek. Je begrijpt jezelf en dat geeft innerlijke rust en troost.
Dat veel mensen subtielere gevoelens niet in zichzelf opmerken, verbaast Brown niet. ‘In onze rationele wereld nemen we emoties gewoon niet zo serieus. Mensen willen graag geloven dat we cognitieve wezens zijn, die af en toe te maken hebben met dat klotedingetje dat emotie heet. Maar ten diepste zijn we juist emotionele wezens.
Alleen hebben we emoties ondergeschikt gemaakt en leven we vooral in ons hoofd.’ Ook willen we sommige emoties liever niet voelen. Uit onderzoek van Harvard-psycholoog Susan David bleek bijvoorbeeld dat een groot deel van de mensen zich schaamt voor ‘negatieve’ emoties als woede, neerslachtigheid of verdriet en ze probeert weg te drukken of te verbergen. Terwijl het veel oplevert als we daar wel voor openstaan en ze correct kunnen labelen, vertelt David in de HBO-serie Atlas of the heart, naar het boek van Brown. ‘Wanneer we nauwkeurige labels gebruiken om te beschrijven hoe we ons voelen, krijgt iets wat eerst vaak aanvoelde als een oceanische troebele ervaring, ineens grenzen en een naam.’
Dit labelen wordt ook wel emotional granularity genoemd, oftewel emotionele moleculariteit. David: ‘Als je emoties precies kunt benoemen, kun je ze beter doorvoelen en op een passende manier uiten en dat is gunstig voor je psychische welzijn. Bovendien geeft het richting aan je leven. Als je weet wat je voelt, weet je immers ook beter wat belangrijk voor je is. In die zin fungeert taal als een portal naar betekenisgeving, verbinding, genezing en zelfbewustzijn.’
Overweldigd vs gestrest
En taal heeft nog een andere belangrijke invloed op emoties: het brengt ze niet alleen over, maar vormt ze ook. Brown: ‘Als je zegt dat je boos bent, terwijl je eigenlijk teleurgesteld bent, word je op den duur ook echt boos. Kortom, taal werkt als een selffulfilling prophecy voor onze emotionele beleving: het woord dat je geeft aan een gevoel bepaalt wát je uiteindelijk voelt. Toen ik hier voor het eerst over hoorde, was dat echt een eyeopener. Ik gebruikte vaak dramatische woorden als overwhelmed (overweldigd) om mijn emoties te beschrijven. Overweldigd zijn betekent dat het leven zich sneller ontvouwt dan je zenuwstelsel aan kan. Vlak nadat ik mijn gevoel weer eens had bestempeld als overweldigd merkte ik dat ik amper meer functioneerde. Terwijl ik eigenlijk gewoon een beetje gestrest was.’
Je emotionele vocabulaire uitbreiden geeft handvatten om jezelf beter te begrijpen. Maar hoe weet je dan welk label je aan een gevoel moet hangen? ‘Door rustig te voelen,’ zegt Brown (zie ook pagina 40). ‘Als ik me overweldigd of gestrest voel, maar ik weet niet goed welke van de twee emoties het is, dan sluit ik mijn ogen en luister ik naar wat mijn lichaam te vertellen heeft. Als ik er nog wel doorheen kan ademen, dan weet ik dat het stress is. Lukt dat me niet en voel ik aan alle kanten dat het te veel is, dan weet ik dat ik overweldigd ben.’
Door het correct benoemen van de emotie weet je ook beter hoe je ermee kunt omgaan. Brown: ‘Jon Kabat-Zinn, de grondlegger van de mindfulness, heeft ooit gezegd dat de enige remedie tegen overweldigd zijn nothingness is. Dus dat is wat ik tegenwoordig doe: ik stop met waarmee ik bezig was en ga een stukje wandelen.’
Dat cultuur en context een belangrijke rol spelen bij het benoemen en interpreteren van emoties, is de reden dat Brown haar boek niet wilde laten vertalen: ‘De taal van emoties luistert zo nauw.’ Het kan ook zijn dat je gewoonweg geen term kunt vinden die precies beschrijft wat er door je heen gaat en er meer uitleg nodig is. Dat is prima, aldus Brown:
‘Waar het om gaat, is dat je woorden kunt geven aan wat je voelt. Dat mogen er best meerdere zijn.’
Bronnen: B. Brown, Atlas of the heart. Mapping meaningful connection and the language of human experience, Random House, 2021 / S. David, Emotionele flexibiliteit, Boekerij, 2017
Brené Brown is hoogleraar maatschappelijk werk aan de University of Houston in Texas. Ze schreef verschillende bestsellers waaronder De Kracht van kwetsbaarheid, De moed van imperfectie en Sterker dan ooit
TEKST: OTJE VAN DER LELIJ – Psychologie magazine Mei 23